Als je geld op een spaarrekening wil zetten, kun je dat op verschillende manieren doen. Welk soort spaarrekening moet je kiezen? Dat hangt vooral af van wat je met het spaargeld gaat doen.
Op deze pagina
Soorten spaarrekeningen
De belangrijkste criteria om een keuze te maken voor een spaarrekening zijn de hoogte van de rente en de termijn waarop je het spaargeld nodig hebt. Hieronder geven we een overzicht van de kenmerken en voorwaarden van verschillende soorten spaarrekeningen.
Gewone spaarrekening
Een ‘gewone’ spaarrekening noemen we ook wel een ‘vrij opneembare’ spaarrekening. Voor zo’n rekening geldt:
- Je kunt op elk moment een bedrag van de spaarrekening opnemen, zonder kosten
- Je kunt op elk moment een bedrag op de spaarrekening storten, of instellen dat je elke maand een vast bedrag stort
- Het is mogelijk om (tijdelijk) geen geld op de rekening te hebben staan
De rente op deze spaarrekening varieert door de tijd.
Spaarrekening met voorwaarden
Per bank en per type verschillen deze spaarrekeningen. De verschillen zitten vooral in:
- Hoe flexibel je geld kunt storten op de rekening: bij sommige rekeningen ben je vrij om geld te storten wanneer je wil. Bij anderen ben je verplicht elke maand een eigen gekozen bedrag te storten.
- Hoe flexibel je bent in het (kosteloos) geld opnemen: bij sommige rekeningen moet je dit een bepaald aantal dagen van tevoren laten weten. Bijvoorbeeld dertig of negentig dagen. Bij anderen geldt dat het geld minimaal een bepaalde periode op de spaarrekening moet staan om (extra) rente te krijgen.
Ook bij deze spaarrekeningen varieert de rente door de tijd.
Depositospaarrekening
Een spaardeposito is een spaarrekening waarbij je je geld voor een langere tijd vastzet. Bijvoorbeeld vijf jaar lang bij een 5-jaarsdeposito. Welke mogelijkheden er zijn, verschilt per bank. Er zijn 1-jaarsdeposito’s, maar ook 20-jaardeposito’s. Meestal geldt: hoe langer je je geld vastzet, hoe hoger de rente. De rente blijft tijdens de hele periode gelijk.
Voorwaarden:
- Je legt op één moment in één keer een bedrag in. Je kunt daarna niet extra inleggen tot het einde van de afgesproken periode.
- Je kunt tussendoor geen geld opnemen. Het inlegbedrag blijft tijdens de afgesproken periode staan.
Andere spaarmethodes
Je kunt behalve via een spaarrekening ook op andere manieren geld opzijzetten. Bijvoorbeeld door banksparen of beleggen. Wat slim is, hangt af van je financiële situatie en je doelen.
Hoe kies je een spaarrekening?
Voordat je een keuze maakt tussen de soorten spaarrekeningen, kun je jezelf de volgende vragen stellen:
- Wil je op elk moment geld van de spaarrekening kunnen halen? Of wil je juist zorgen dat je niet bij je geld kunt?
- Hoelang kun je je geld missen? Hoe groot is de kans dat je tussendoor geld van je spaarrekening nodig hebt?
- Kun je in één keer een groter bedrag opzij leggen?
- Wil je elke maand een vast bedrag sparen? Of sparen wanneer het uitkomt?
Bekijk op basis van de antwoorden op deze vragen welke soort spaarrekening het beste bij jouw wensen past.
Tip: Meerdere soorten spaarrekeningen gebruiken kan natuurlijk ook. Bijvoorbeeld één gewone rekening en één of meer deposito’s.
Bij welke bank?
Er zijn heel veel verschillende aanbieders van spaarrekeningen. Je kunt sparen bij de bank waar je ook een betaalrekening hebt, maar dat hoeft niet. Een spaarrekening bij een andere bank maakt het makkelijker om het geld op de spaarrekening te laten staan. Je kunt gebruikmaken van een vergelijkingssite om uit het aanbod een passende spaarrekening te kiezen.
Heb je een keuze gemaakt? Check dan nog dit:
- Is de aanbieder betrouwbaar? Doe de betrouwbaarheidscheck van de AFM.
- Valt de aanbieder onder het depositogarantiestelsel? Dit is belangrijk voor het geval de aanbieder failliet gaat. Je krijgt dan spaargeld tot een bedrag van € 100.000 terug van De Nederlandsche Bank (DNB).