Direct naar content

Nabestaandenpensioen

In veel pensioenregelingen van werknemers is een nabestaandenregeling opgenomen. Bij overlijden krijgt de achterblijvende partner maandelijks een bedrag uitgekeerd. Dit wordt ook wel een partnerpensioen genoemd. Wat moet je hierover weten?

Wie en wanneer? 

Het nabestaandenpensioen is niet alleen voor de partner die achterblijft, maar ook voor eventuele kinderen die nog minderjarig zijn. Het deel voor de kinderen heet dan wezenpensioen.  

Nabestaandenpensioen geldt vanaf het moment van overlijden. Ook als de partners allebei nog niet de AOW-leeftijd hebben bereikt. 

Hoeveel nabestaandenpensioen? 

Hoeveel nabestaandenpensioen je krijgt, hangt van een aantal zaken af: 

  • Of je partner in loondienst is (geweest). Als je partner zelfstandige is, bouwt hij of zij meestal geen nabestaandenpensioen op. 
  • Je burgerlijke staat. Als je getrouwd bent of geregistreerd partner van elkaar bent, heb je automatisch recht op nabestaandenpensioen als je pensioenregeling daar in voorziet. Als je samenwoont kun je elkaar als partner aanmelden bij je pensioenfonds of –verzekeraar. Er zijn vaak wel voorwaarden aan verbonden, zoals een samenlevingscontract. 
  • Of er een nabestaandenpensioen is geregeld in de pensioenregeling. Dit is meestal wel het geval. Je kunt dit zien op mijnpensioenoverzicht.nl.  
  • Of je partner overlijdt vóór of na de pensioendatum. Het hangt er daarbij ook van af of je partner ervoor kiest om, op het moment dat hij of zij bijna met pensioen gaat, nabestaandenpensioen uit te ruilen voor ouderdomspensioen. Of andersom. Meer uitleg over dit uitruilen vind je bij de Rijksoverheid.
  • Of de partner in het verleden is gescheiden. Een deel van het nabestaandenpensioen kan dan naar de ex-partner gaan. Dit wordt bijzonder partnerpensioen genoemd. Lees hier meer over op de pagina Scheiden en pensioen.
  • Of het nabestaandenpensioen op risicobasis is of op opbouwbasis. Dit kan verschillen per pensioenfonds of -verzekeraar. Hieronder vind je meer uitleg over de verschillen tussen risicobasis en opbouwbasis.  

Risicobasis of opbouwbasis 

Bij een nabestaandenpensioen op risicobasis krijg je niet standaard nabestaandenpensioen als je partner overlijdt. Bij een nabestaandenpensioen op risicobasis zijn je nabestaanden alleen verzekerd van een nabestaandenpensioen zolang je bij je werkgever meedoet met de pensioenregeling. Dit nabestaandenpensioen verdwijnt als je niet meer deelneemt aan de regeling.

Bij een nabestaandenpensioen op opbouwbasis krijgt je partner altijd nabestaandenpensioen als je overlijdt, ook als je niet meer deelneemt aan de pensioenregeling. Het is verstandig om regelmatig te checken of de hoogte van de nabestaandenuitkering aansluit op de behoefte. Je kunt niet zelf de keuze maken tussen een nabestaandenpensioen op risicobasis of opbouwbasis. Meer hierover lees je bij Wijzer in Geldzaken.  

Check het nabestaandenpensioen 

Op mijnpensioenoverzicht.nl kun je met de DigiD van je partner bekijken hoeveel nabestaandenpensioen er is opgebouwd. In je eigen pensioenoverzicht kun je ook zien hoeveel je partner ontvangt als je overlijdt.  

Geldwijzer Nabestaanden 

Naast het nabestaandenpensioen kunnen er meer bronnen van inkomsten zijn na het overlijden van een partner. Misschien heb je recht op Anw (Algemene nabestaandenwet) of is er een overlijdensrisicoverzekering. 

Met de Nibud-tool Geldwijzer Nabestaanden kom je erachter wat je financieel kunt verwachten als je partner overlijdt. Of hoe jij je partner achterlaat als je zelf zou overlijden. 

Rondkomen na een overlijden 

Bij het overlijden van een partner kan er financieel gezien meer veranderen. Er kan bijvoorbeeld recht ontstaan op (hogere) toeslagen. De tool BerekenUwRecht biedt hier inzicht in. 

Maar ook kunnen uitgaven verminderen. Denk aan uitgaven aan voeding, kleding, verzekeringen en vrije tijd. Via de gratis online tool Persoonlijk budgetadvies kun je aan de hand van voorbeeldbedragen nagaan hoe dit in jouw situatie kan uitpakken. 

Voorbereiden op inkomensterugval 

Risicogroepen voor inkomensterugval zijn huishoudens waar één of beide partners als zelfstandige werken, en/of met baanwisselingen te maken hebben gehad, of een uitkering hebben. Dan is er via een werkgever niet of minder nabestaandenpensioen opgebouwd voor de achterblijver. 

Als jij en je partner voorzien dat de achterblijver erg moeilijk zal kunnen rondkomen, is het verstandig te kijken of je maatregelen kunt treffen. Dit kan bijvoorbeeld door het afsluiten van een overlijdensrisicoverzekering als je die nog niet hebt, of door extra geld opzij te zetten. Al is het maar voor een buffer om een eerste periode te overbruggen totdat de nabestaande zich aan de nieuwe situatie heeft kunnen aanpassen.