De meeste lonen gaan omhoog, maar de prijzen blijven stijgen. Sommige toeslagen nemen toe, maar ook de premie voor basiszorgverzekering stijgt. De wijzigingen vanaf 2025 hebben effect op de huishoudportemonnee van miljoenen Nederlanders.
Bij het Nibud berekenen we regelmatig de financiële gevolgen van beleidsmaatregelen. Deze koopkrachtberekeningen maken we voor 117 voorbeeldhuishoudens. Met deze voorbeelden kunnen huishoudens beter vooruitkijken en zich voorbereiden op veranderingen. Hier zetten we op een rij wat er in 2025 verandert in beleid, prijzen en lonen.
Lees hier meer over waarom het Nibud de koopkracht berekent, hoe we dat doen en wat huishoudens met de verwachtingen kunnen.
Beleid
Er zijn weer drie belastingschijven geïntroduceerd. Het totale tarief van de nieuwe eerste schijf is 35,82 procent en 1,15 procentpunt lager dan vorig jaar. Het totale tarief in de tweede schijf is 37,48 procent en 0,51 procentpunt hoger dan vorig jaar.
Hierdoor gaan de meeste mensen minder belasting betalen. Dat effect wordt echter gedempt doordat de algemene heffingskorting € 294 lager uitvalt. De koopkracht van zelfstandigen blijft achter bij werkenden in loondienst vanwege de daling van de zelfstandigenaftrek met € 1.280.
Deze maatregelen kun je in januari direct terugzien op je loonstrook of op de betaalspecificatie van je uitkering of aanvullend pensioen.
Toeslagen
Het kindgebonden budget is voor de meeste huishoudens omhoog gegaan. Het maximale bedrag per kind stijgt € 6 per maand voor ieder kind. Het extra bedrag voor alleenstaande ouders daalt echter € 7 per maand. Ook is de inkomensafhankelijke afbouw gestegen van 6,75 naar 7,10 procent.
De huurtoeslag is veranderd zodat alle meerpersoonshuishoudens ook een deel van de huur boven de aftoppingsgrens vergoed krijgen. Dit was al het geval voor alleenstaanden en ouderen.
De maximale zorgtoeslag is gestegen met ongeveer € 7 per maand per persoon.
Prijzen
Het overheidsbeleid is niet het enige dat verandert. In de koopkracht wordt ook rekening gehouden met prijsstijgingen. Dit zijn verwachtingen. Het is immers vooraf niet zeker hoe hoog de prijzen zullen stijgen. De laatste inschatting van De Nederlandse Bank is dat de prijzen in 2025 met gemiddeld 3,2 procent zullen stijgen.
Daarnaast is de premie voor de basiszorgverzekering gemiddeld € 11 gestegen.
Leestip: uitleg over koopkracht en inflatie aan de hand van ‘het mandje van uitgaven’.
Lonen
Met de beleidsveranderingen en de prijsstijgingen zijn we er nog niet. De meeste mensen die in loondienst werken, profiteren dit jaar van de verhoging van het cao-loon. De verwachting is dat de lonen gemiddeld met 4,5 procent zullen stijgen.
Net als de prijsstijgingen is dit een gemiddelde. Niet iedereen krijgt evenveel, en ook niet direct vanaf de maand januari. Er zijn ook groepen waar het cao-loon niet stijgt. Zelfstandigen moeten zelf een tarief vaststellen.
Het bruto minimumloon gaat met ruim 5 procent omhoog. De uitkeringen die aan het minimumloon zijn gekoppeld, zoals de bijstand, de Wajong en de AOW, stijgen daardoor ook.
De aanvullende pensioenen worden gemiddeld genomen geïndexeerd met 1 procent. ABP, het grootste pensioenfonds verhoogd de pensioenen met 2 procent en Zorg en Welzijn, het op één na grootste fonds, indexeert niet.
Bij een gemiddelde loonstijging van 4,5 procent en een verwachte prijsstijging van 3,2 procent, stijgt de koopkracht van de 117 voorbeeldhuishoudens gemiddeld met 0,4 procent (het varieert van -2,3 procent tot +2,4 procent).